Tijdens de herdenking op 4 mei in de Sint Nicolaas Basiliek heeft onze voorzitter, Bart Rietveld, onderstaande lezing gehouden over 79 jaar herdenken en 79 jaar vrijheid.
79 jaar herdenken, 79 jaar vrijheid!
HKIJ lezing 4 mei 2024
Herdenken en vrijheid zijn twee thema’s die in de geschiedenis onverbrekelijk met elkaar verbonden zijn. Zo ook in ons IJsselstein. 79 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog in 1945 wordt het meer en meer belangrijk het herdenken door te geven aan de generatie van morgen.
Mijn generatie en ik zijn opgegroeid met het feit dat veel van onze opvoeding gebaseerd was op het verleden van die Tweede Wereldoorlog. Op een tijd van angst en achteromkijken. Dat geldt evenzeer voor de periode van de Koude Oorlog die van 1946 tot 1991 duurde. Het was een tijd van verbeelding en wederom angst, maar oneerbiedig gezegd ook die van niet lullen maar poetsen. De tijd van het grote zwijgen maar ook die van oordelen. En dat is de rode draad die ons met de huidige tijd verbindt. De tijd van ‘schuivende panelen’ die toen en nu polariserend werkte en werkt.
Een andere overeenkomst tussen onze tijd en die naoorlogse jaren is die van angst en naar elkaar kijken. We zien dat dagelijks terug in de berichtgeving van de media. Anders dan toen is dat we nu geen repressie kennen. Dat is dan onze ‘vrijheid’. Nu 79 jaar lang. Heel bijzonder, maar zijn we ons daarvan bewust? Já, zou het antwoord moéten zijn.
Het onderscheid tussen ‘goed en fout’ is echter net als toen niet duidelijk waar te nemen in onze samenleving.
Als bijdrage aan dat bewustwordingsproces wil de Historische Kring IJsselstein geschiedenis zichtbaar maken en houden.
In de afgelopen jaren is in meer dan twintig artikelen in de uitgavereeks HKIJ Bijdragen aandacht besteed aan de Tweede Wereldoorlog. Daarbij hebben wij ons gericht op de feiten en emoties van dat moment. We moeten echter concluderen dat we ondanks die diverse publicaties nog bijzonder weinig werkelijk weten van wat er toen in IJsselstein gebeurde. Bovendien raakt de generatie die het oorlogsverleden uit eigen ervaring kan navertellen uit zicht. We moeten het nu vooral vanuit de tweede hand en van archivering hebben.
Nieuw is dat we moeten letten op de tijdgeest van toen en nu. De tijdgeest van nu wordt gekenmerkt door leven in vrijheid. De tijdgeest van de Tweede Wereldoorlog is die van kommer en kwel en stilstaan. Uit elkaar gescheurde gezinnen, waarbij gezinsleden in een reeks van gevallen het leven lieten of voor de rest van hun leven onherstelbaar zijn beschadigd. Het is belangrijk om dat laatste te blijven herdenken en tegelijk het besef van leven in vrijheid over te brengen. De Historische Kring IJsselstein doet hierbij graag een oproep aan allen die met herinneringen, voorwerpen of documenten hun verhaal met ons willen delen.
Over de vele feiten uit IJsselstein ten tijde van de Tweede Wereldoorlog hebben wij meer dan twintig artikelen gepubliceerd. Voor één ervan vraag ik hierbij opnieuw uw aandacht en roep ik u op mee te denken over een passende vervolgstap.
In 2015 schreven wij over de Roma en Sinti in onze stad en hoe in de Tweede Wereldoorlog hún verhaal eindigde. Een vrij grote groep van ongeveer tachtignwoonwagenbewoners nam begin juni 1943 hun intrek in slechte en onbewoonbaar verklaarde huizen aan de Havenstraat, de Panoven en de Koningstraat (nu Schuttersgracht). Het toenmalige en Duitsgezinde stadsbestuur was hier niet blij mee. De bevolking ondervond volgens het bestuur overlast waarbij de ‘openbare orde, rust en veiligheid’ in gevaar kwam. Uiteindelijk ging het om veertig Roma en Sinti.
Na veel heen en weer communicatie met de bezetter van ons land kreeg de toenmalige NSB burgemeester de opdracht om de Roma en Sinti naar Westerbork te sturen. De meesten werden echter getipt en konden drie dagen voordat de razzia plaatsvond uit IJsselstein vluchten. We weten niet wie hier de held was, maar een held was de tipgever zeker. Echter werden de meesten van de gevluchten elders opgepakt, waarvan een groot deel in de buurt van het plaatsje Deil.
Een landelijk aantal van 245 Roma en Sinti werden op 19 mei 1944 naar kamp Auschwitz gedeporteerd. Zeventien van hen kwamen uit IJsselstein. Eind juli en begin augustus 1944 zijn de meesten vergast. Van de 245 ‘zigeuners’ keerden er slechts 31 terug naar Nederland. Te IJsselstein werden zij niet meer gezien en is er tot op heden in IJsselstein alleen door de HKIJ aandacht aan hen besteed.
Waarom geen ‘stolpersteinen’ in IJsselstein, wordt mij wel eens gevraagd. Welnu het antwoord is kort: er was sinds 1916 geen sprake meer van een Joodse gemeenschap alhier. Dus geen razzia’s en deportatie van Joden. Maar wél die van IJsselsteinse Roma en Sinti.
Dit is zo’n voorbeeld van vergeten ellende. Kunnen we daar niet wat aan doen? Dat zal ons helpen het besef van vrijheid door te geven aan komende generaties.
We gaan nu IJsselsteiners herdenken die volgens de kille cijfers in die periode het leven hebben gegeven. Die feiten moeten we koesteren en herdenken, maar laten we de ‘vergeten’ realiteit niet uit het oog verliezen. Daarmee doen we een specifieke IJsselsteinse groep inwoners en de toekomst recht. Op naar weer 79 jaar vrijheid.
Dank u.