Ontmoet Historisch IJsselstein - 01. Het begin
Samenstelling, beeld en tekst: Jasper van Muijden, Marian Wessels, Marcel Berkien en Bart Rietveld
Waar het verhaal van lJsselstein begint, is niet helemaal duidelijk. Wel kunnen we het jaar 1310 zien als begin van het 'stadzijn'. Maar al veel eerder, in de bronstijd, lang voor de tijd van de grote ontginningen waarmee we ons land hebben gevormd, was hier al bewoning op de oeverwallen (stroomruggen) van de oude rivierlopen. In de ijzertijd neemt de bevolking hier toe en in de Romeinse tijd behoort het grondgebied van het latere IJsselstein tot de grens (de 'Limes') van het Romeinse Rijk. In die tijd stonden de rivieren in open verbinding met de zee. Het land stond daardoor vaak onder water en alleen op de hogere plekken kon er geleefd worden. Dat was nog alleen door jagers en veetelers.
Vanaf de 8e eeuw nam de bevolking in dit gebied verder toe. De mensen woonden in nederzettingen, waaraan de namen Eiteren en Opburen nog herinneren. Onder het bewind van Otto III, keizer van het Rooms-Duitse keizerrijk, waaronder het gebied van Eiteren en Opburen viel, wordt in de 10e en 11e eeuw een begin gemaakt om de oude woeste gronden te ontginnen. Er werden sloten gegraven om het water af te voeren zodat droge polders ontstonden en op meerdere plekken gewoond kon worden. Het begin van het land van IJsselstein. Vanaf de 12e eeuw werden dijken langs Lek en Hollandse IJssel aangelegd om te voorkomen dat de nieuwe polders zouden overstromen.
Vanaf 1310 kunnen we spreken van de stad IJsselstein. Deze is bedacht en gebouwd door de machtige 'heren van Amstel' in opdracht van de Utrechtse bisschop. Het wordt een zelfstandige stad die later met Benschop en Noord Polsbroek als 'Baronie van IJsselstein' een groot deel van de Lopikerwaard vormde.
Het verhaal wordt verteld in 13 plaatjes.